In diverse Zuid-Hollandse gemeenten, waaronder Spijkenisse, Vlaardingen, en Hoogvliet, zijn bloemstukken gestolen die tijdens de Dodenherdenking waren neergelegd. Het recente incident in Spijkenisse, waar een boeket werd ontvreemd bij het huis van een vermoorde Joodse familie, heeft voor verontwaardiging gezorgd.
Het gestolen bloemstuk bij het monument van hond Max, het huisdier van de omgekomen Joodse familie, heeft diepe sporen achtergelaten. Voorzitter Joop van der Hor van stichting Max XL reageerde geschokt en benadrukte de respectloosheid van de daad. Hij veroordeelde de diefstal als een daad van onnadenkendheid en stelde dat dergelijk gedrag verwerpelijk is.
Van der Hor speculeerde over de motieven achter de diefstal en achtte het waarschijnlijk dat het bloemstuk zelf het doel was, niet een antisemitische intentie. De gebeurtenis in Spijkenisse staat niet op zichzelf; eerder werden ook bloemstukken weggenomen bij herdenkingsplaatsen in Hoogvliet en Vlaardingen.
In de afgelopen jaren is er een zorgwekkende trend zichtbaar van bloemendiefstallen na Dodenherdenkingen in verschillende gemeenten, zoals Maassluis en Rotterdam-Charlois. Lokale autoriteiten en nabestaanden staan voor de uitdaging om passende maatregelen te treffen om dergelijke respectloze daden tegen te gaan.